Elke actieve fungicide stof heeft een bepaald werkingsmechanisme; moleculen met hetzelfde werkingsmechanisme zijn gegroepeerd in dezelfde FRAC-groep en dragen dus hetzelfde FRAC-nummer. Het is daarom belangrijk om tussen FRAC-groepen af te wisselen, want door simpelweg tussen moleculen te wisselen, kan het zijn dat je hetzelfde werkingsmechanisme blijft gebruiken en dus de verschijning van resistente ziekte-stammen in je velden bevordert.
Voorbeeld: benthiavalicarb, mandipropamide, dimetomorf en valifenalaat behoren allemaal tot FRAC-groep 40 omdat ze hetzelfde werkingsmechanisme hebben, het is dus sterk afgeraden om deze moleculen opeenvolgend toe te passen.
Bepaalde combinaties tussen FRAC-groepen zijn ook afgeraden vanwege kruisresistenties van een ziekte-stam.
Om je te helpen met deze nieuwe werkwijze, vind je bijgaand een beslissingsondersteuningstabel om je fungicidebescherming te optimaliseren. Dit document is een aanvulling op de fyto-lijst van de CPP en de waarschuwingen van CARAH-Vigimap. Het zal ook als middendeel verschijnen in de FIWAP-info 182, die eind juni bij je thuis wordt bezorgd.
Ten slotte, om je werk te vergemakkelijken, raden we aan om naast de handelsnamen ook de FRAC-groepen van je fungicide-interventies te noteren, zodat je alle gegevens bij de hand hebt voor je fungicidebeschermingsbeslissingen.
Vergelijkbare uitleg, maar mogelijk anders geformuleerd, vind je in advies 4 van CARAH en op pagina 14 van de fyto-lijst van CPP.
