87 % van de actieve landbouwers nemen deel aan ecoregelingen of agromilieuklimaatmaatregelen

Via ecoregelingen, agromilieuklimaatmaatregelen en beheerovereenkomsten kunnen landbouwers zich vrijwillig engageren om maatregelen uit te voeren die bovenop bestaande verplichtingen positief bijdragen aan de biodiversiteits-, milieu- en klimaatdoelstellingen. Op deze manier ondersteunt het gemeenschappelijk landbouwbeleid duurzame landbouw. De top 3 van maatregelen die de meeste landbouwers hebben aangevraagd in 2024, is het behoud van meerjarig grasland (8.333 landbouwers), het verhogen van het organische koolstofgehalte via producten met een hoog koolstofgehalte (6.317 landbouwers) en de ecoregeling ecologisch beheerd grasland (3.677 landbouwers). Actieve landbouwers in het kader van het GLB sloten op 52% van hun landbouwareaal een ecoregeling of een agromilieu- en klimaatmaatregel af.

Landbouwers zetten dit jaar sterk in op het behoud van meerjarig grasland (69.809 ha) en ecologisch beheerd grasland (23.753 ha). Meerjarig grasland zijn weides die al minstens gedurende tien jaar aanliggen en recent niet meer geploegd of vernieuwd zijn geweest. Ze zorgen voor een grote koolstofopslag in de bodem, waardoor meerjarig grasland een belangrijke rol speelt in de strijd tegen de klimaatverandering. Ecologisch beheerd grasland zijn weides waar geen kunstmest en gewasbeschermingsmiddelen gebruikt worden. Dat heeft een positief effect op de water-, lucht- en bodemkwaliteit. Doordat er geen gewasbeschermingsmiddelen of kunstmest toegepast worden, kan het grasland op termijn ook evolueren naar een botanisch meer divers grasland. Dat type grasland heeft door haar diversiteit een grote weerbaarheid tegen klimaatveranderingen. 

Ook andere maatregelen met een positieve impact op de biodiversiteit werden opmerkelijk meer aangevraagd dit jaar. Zo is de ecoregeling rond voorjaarsbraak met late inzaai maïs een vaak aangevraagde maatregel (25.131 ha). Deze ecoregeling, waarbij er tussen 15 maart en 10 mei geen enkele activiteit op het perceel mag plaatsvinden, zorgt voor rust bij het broeden en bij het vliegvlug worden van kievitkuikens. Door de natte weersomstandigheden in de lente van 2024 hebben heel wat landbouwers geopteerd voor de inzaai van faunamengsels (9.578 ha) via de gelijknamige ecoregeling. Het ingezaaide faunamengsel moet nog tot rijping komen vóór de winter en zal dan zijn nut hebben als voedsel voor akkervogels, zoals de geelgors en de patrijs. Daarnaast werd in totaal ook steun aangevraagd voor 12.255 bufferstroken waarvan de meeste gelegen zijn langs waterlopen.

Vorig jaar was het succes van de ecoregeling niet-kerende bodembewerking nog eerder beperkt maar voor 2024 is het aangevraagde areaal meer dan verdubbeld (36.929 ha). Daarnaast stijgt ook het aantal landbouwers dat deelneemt aan de ecoregeling bodempaspoort (678 landbouwers in 2024 met een aanvraag t.o.v. 415 in 2023). Ook het aantal landbouwers dat de ecoregeling voedermanagement bij rundvee aanvraagt neemt sterk toe van 75 naar 223 landbouwers. Door het aanpassen van het rantsoen vermindert de methaanuitstoot als gevolg van het verteringsproces en is er bijgevolg een lagere klimaatimpact.

De tien meest aangevraagde perceelsgebonden ecoregelingen in 2024 op basis van het aantal aanvragers zijn:

Cijferwebsite

Voor een volledig overzicht van alle aangevraagde perceelsgebonden ecoregelingen, agromilieuklimaatmaatregelen en beheerovereenkomsten verwijzen we graag door naar de cijferwebsite van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij: https://landbouwcijfers.vlaanderen.be/ en meer bepaald naar de nieuwe indicator https://landbouwcijfers.vlaanderen.be/landbouw/totale-landbouw/deelname-aan-ecoregelingen-en-agromilieu-en-klimaatmaatregelen.