Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten

 22 mei 2025 14:10 

Belemmeren van Vlaamse landbouwexport naar Frankrijk door administratieve barrières


Vraag om uitleg over het belemmeren van Vlaamse landbouwexport naar Frankrijk door administratieve barrières

De voorzitter

Mevrouw Ryde heeft het woord.

Eva Ryde (N-VA)

Minister, via verschillende kanalen hebben we berichten ontvangen die wel een stukje verontrustend zijn, omdat er een belangrijke wijziging op komst zou zijn in de Franse regelgeving voor de levering van landbouwproducten aan de publieke cateringsector.

Heel concreet zou vanaf 1 januari 2027 enkel nog de Franse milieucertificering HVE niveau 3 (Haute Valeur Environnementale) worden geaccepteerd als bewijs van duurzaamheid bij leveringen aan de collectieve catering in Frankrijk. De oogst van 2026 zou dus al op deze manier gecertifieerd moeten zijn. Tot op heden volstond niveau 2, waarvoor onze Vlaamse producenten een gelijkwaardigheid kunnen aantonen via het VegaplanFR-certificaat.

Voor niveau 3 bestaat er echter geen Europese erkennings- of gelijkwaardigheidsprocedure. Dat betekent dat Vlaamse, en bij uitbreiding alle niet-Franse landbouwers, in de praktijk uitgesloten dreigen te worden van deze afzetmarkt indien ze enkel in Vlaanderen of Wallonië actief zijn, tenzij zij het Franse certificaat rechtstreeks kunnen behalen. Aangezien deze certificering in de eerste plaats gericht is op de Franse context en administratie, wordt het behalen ervan voor buitenlandse landbouwers eigenlijk als nagenoeg onmogelijk beschouwd.

Dit is in wezen een belemmering van de markttoegang, louter door administratieve barrières op te werpen. Het is toch niet zo dat onze Vlaamse landbouwers aan minder strenge duurzaamheidseisen zouden moeten voldoen?

Daarom had ik de volgende vragen.

Bent u op de hoogte van deze evolutie in de Franse wetgeving en de implicaties ervan in de Vlaamse landbouwsector vanaf 2027?

Welke stappen hebt u reeds ondernomen of bent u van plan te ondernemen, hetzij rechtstreeks met Frankrijk, hetzij via Europese kanalen, om deze situatie op te volgen en aan te kaarten?

Hoe kadert u deze evolutie binnen de brede Europese ambitie, die vorige week nog in het licht werd gezet, om administratieve vereenvoudiging door te voeren en om duurzame landbouwpraktijken te ondersteunen zonder bijkomende barrières? Dat lijkt toch wel in tegenspraak.

De voorzitter

Minister Brouns heeft het woord.

Minister Jo Brouns

Dank u wel, collega. De wetgeving waar u naar verwijst, is mij inderdaad bekend, en is niet nieuw. De wet is van 22 augustus 2021 en bevat een aantal maatregelen die ervoor moeten zorgen dat bij het gunnen en uitvoeren van overheidsopdrachten beter rekening wordt gehouden met duurzame ontwikkeling.

Vanaf 2027 moet minstens 50 procent van de samenstelling van maaltijden in publieke en private catering het HVE3-label dragen. Daarenboven moet van die 50 procent nog eens 20 procent biologisch zijn.

In België bestaat momenteel geen equivalent voor het HVE3-label. Voor het HVE2-label werd destijds een specifieke module ontwikkeld binnen Vegaplan, die door Frankrijk als gelijkwaardig werd erkend. Voor het HVE3-label is het echter onduidelijk of Belgische operatoren toegang zullen krijgen tot de Franse certificeringsprocedure.

Deze maatregel vormt inderdaad een belemmering van het vrije verkeer van goederen en diensten binnen de interne markt van de Europese Unie. Daarnaast is het ook onzeker of Frankrijk zelf over voldoende gecertificeerde producten beschikt om aan deze duurzaamheidsvereisten te voldoen.

De opvolging van initiatieven met mogelijke impact op andere lidstaten waar de overeenstemming met het Unierecht onderzocht worden, ligt in handen van de federale collega’s. Navraag over deze casus leert dat het momenteel onduidelijk is of Frankrijk voor deze maatregel de volledige TRIS-melding (Technical Regulation Information System) heeft gedaan.

Samen met mijn federale collega zal ik dit dossier onder de aandacht brengen van de Europese Commissie, met de vraag op welke manier de goede werking van de interne markt binnen Europa in deze context kan worden gewaarborgd. Het lijkt mij immers aangewezen dat de Commissie, als hoedster van de interne markt, hierin haar verantwoordelijkheid neemt.

Ik wil er wel graag op wijzen dat het op zich niet verkeerd is om in te zetten op lokale producten. Of landsgrenzen daarvoor de beste parameter zijn, moeten we inderdaad in vraag durven te stellen, al heb ik de voorbije jaren het gevoel toch sterk gehad dat ook heel wat fracties hier van mening waren dat lokaal alleen ‘uit Vlaanderen’ kon betekenen. Ik denk dat we die grenzen moeten durven te overstijgen. Ik hoop alvast dat u die mening op dat vlak deelt.

In elk geval hebben ook wij in het regeerakkoord opgenomen: “De Vlaamse overheid focust in haar aankoopbeleid op het afnemen van biologische en andere lokale producenten. De Vlaamse overheid moedigt lokale besturen en andere overheidsdiensten aan om hetzelfde te doen.”

Dus, hoewel het streven naar duurzamere landbouw op zich volledig in lijn ligt met de Europese doelstellingen, moet de aanpak transparant, non-discriminatoir en grensoverschrijdend afgestemd zijn. Wanneer lidstaten eigen normen opleggen die moeilijk of niet toegankelijk zijn voor buitenlandse marktspelers, dreigt dit te resulteren in fragmentatie in plaats van harmonisatie, wat net strijdig is met de Europese vereenvoudigingsdoelen.

Kortom, deze maatregelen moeten passen binnen een constructieve Europese samenwerking op het vlak van duurzaamheid en de principes van de interne markt.

De voorzitter

Mevrouw Ryde heeft het woord.

Eva Ryde (N-VA)

Ik ben het met u eens dat landsgrenzen niet de beste parameter zijn of kunnen zijn als we spreken over lokale productie, want wij delen – en zeker de provincie West-Vlaanderen – een lange grens met Frankrijk. Daar is heel veel heen- en weertransport van producten afkomstig uit de landbouw. Er is ook samenwerking.

Een extra bezorgdheid die toch wel speelt in de sector, is het feit dat Frankrijk een groot bepleiter lijkt te zijn van nationale labeling. Dan komt op de producten een stempel van in welk land ze geproduceerd zijn. Het is een bijkomende bezorgdheid dat Frankrijk die kaart trekt, omdat dat problematisch zou kunnen zijn. Vlaanderen is een klein land met heel veel samenwerking over de landsgrenzen heen. Dat zou ook als gevolg hebben dat het logistiek heel wat uitdagingen veroorzaakt om op de producten die hier in Vlaanderen verwerkt worden, nog eens te gaan beklemtonen van welk land die precies komen. Vaak is er ook invoer van producten, en worden die samen verwerkt.

Bent u op de hoogte van dat pleidooi van Frankrijk om nationale labeling te gaan toepassen op producten? Hoe staat u daartegenover? Zult u daar blijven pleiten voor een EU-labeling, wat logistiek veel eenvoudiger, kostenbeperkender en logischer is, gezien de cross-over tussen verschillende landen voor die producten verwerkt worden? 

De voorzitter

Minister Brouns heeft het woord.

Minister Jo Brouns

Ik denk dat we elkaar hier wel kunnen tegemoetkomen als grensbewoners. Wij leven een grenzeloos bestaan, als het gaat over het verkeer van goederen. (Lacht. Opmerkingen van Eva Ryde)

Neen, we begrijpen elkaar heel goed. Als het gaat om de promotie van onze producten, moeten er in de internationale Europese context niet te veel drempels zijn. Ik denk dat heel wat landen willen inzetten op die afkomstlabeling. Voor ons is het wel belangrijk dat we die promotie kunnen doen vanuit het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM), zeker binnen Europa en binnen die interne markt. Dat mag geen drempel zijn, maar moet eerder stimulerend zijn.

Het Europese debat is wel gaande op dat vlak, en we zul onze positie in dezen ook kracht bijzetten.

De voorzitter

Mevrouw Ryde ziet af van een slotbeschouwing.

De vraag om uitleg is afgehandeld.

 

 


  Nieuwsflash
 
Droogte 2025: voedingsbedrijven en landbouwers slaan handen in elkaar Lees meer
 
 
“AI is geen sciencefiction meer op het veld” Lees meer
 
 
Aanstelling van een Vlaamse klimaatarts Lees meer
 
 
Impact van het verlies van handelsvoordelen voor Oekraïne op export eieren naar de EULees meer
 
 
Belemmeren van Vlaamse landbouwexport naar Frankrijk door administratieve barrièresLees meer
 
 
Normen, ondersteuning en praktijkervaringen met vrijloopkraamhokken voor zeugenLees meer
 
 
Bessenteelt in Vlaanderen Lees meer
 
 
Nieuwe rassen Engels raaigras en rietzwenkgras op de Belgische rassenlijsten Lees meer
 
 
31 mei 2025 uiterste wijzigingsdatum voor de verzamelaanvraagLees meer
 
 
Over de drempels voor de landbouwer in de community-supported agriculturecoöperatiesLees meer
 
 
De federale beleidsplannen voor landbouw Lees meer
 
 
Over het verlies aan landbouwareaal ten gevolge van het nieuwe MestactieplanLees meer
 
 
De toekomst van de appelteelt in Vlaanderen Lees meer
 
 
Droogte voorjaar 2025: tijdelijk onttrekkingsverbod onbevaarbare waterlopen vanaf 9/5/2025Lees meer